Hoewel de Nationale Democratische Partij (NDP) voorlopig 18 zetels heeft behaald bij de verkiezingen, streeft de partij naar een coalitie met onder andere de NPS, BEP en A20 om zo gezamenlijk op 26 zetels uit te komen. Daarmee zou de partij zich strategisch positioneren voor de vorming van een nieuwe regering. Toch is deze alliantie numeriek onvoldoende om de president rechtstreeks via De Nationale Assemblée (DNA) te kiezen.
Volgens de Grondwet is voor de verkiezing van de president in de DNA een tweederdemeerderheid nodig: minstens 34 van de 51 stemmen. Indien die meerderheid uitblijft, wordt de beslissing overgedragen aan de Verenigde Volksvergadering (VVV), waar ook de leden van de districts- en ressortraden mee stemmen. In de VVV volstaat een gewone meerderheid. Dat maakt de situatie precair: de NDP kan niet op eigen kracht een president aanwijzen, zelfs niet met haar huidige alliantie.
Intussen heeft partijvoorzitter Jennifer Geerlings-Simons formeel de steun gekregen van het NDP-hoofdbestuur als presidentskandidaat. Een opvallend moment daarbij was de openlijke steunverklaring van ondervoorzitter Ashwin Adhin, die eerder zelf ambities had uitgesproken om president te worden. “Zij heeft de meeste stemmen, dus een man een man, een woord een woord,” verklaarde hij tegenover Starnieuws. Daarmee lijkt er – althans uiterlijk – eenheid binnen de partijtop te zijn ontstaan rondom de kandidatuur van Simons.
De strijd is echter nog lang niet gestreden. Met het oog op de VVV, waarin de machtsverhoudingen breder liggen dan in de DNA, blijven onderhandelingen tussen de grote partijen cruciaal. De VHP, die eveneens gesprekken voert met potentiële coalitiepartners, kan in die setting alsnog doorslaggevend zijn.
De komende weken zullen bepalend zijn voor wie uiteindelijk het hoogste ambt in Suriname zal bekleden. Politieke strategie, allianties en onderhandelingstactiek wegen nu zwaarder dan ooit.