Voor het eerst in bijna tien jaar keert De Surinaamsche Bank (DSB) weer dividend uit. Met een nettowinst van SRD 697,8 miljoen over het boekjaar 2023 en een uitkering van SRD 200 miljoen aan haar aandeelhouders, markeert dit moment een symbolisch en concreet herstel voor de oudste commerciële bank van Suriname. Het is een prestatie die niet op zichzelf staat, maar die past in een bredere ontwikkeling: de Surinaamse bankensector bevindt zich na jaren van economische crisis, monetaire instabiliteit en publieke terughoudendheid in een gestage wederopbouw.
De herwonnen winstgevendheid van DSB is het resultaat van een lange periode van herstructurering, prudent beleid en investeringen in efficiëntie. Het eigen vermogen groeide tot SRD 3,1 miljard, en de solvabiliteitsratio steeg tot 24,2 procent, wat de bank ruimschoots boven de vereisten van de Centrale Bank van Suriname plaatst. Belangrijker nog is de verbeterde kwaliteit van de kredietportefeuille: een bedrag van SRD 457 miljoen aan eerder getroffen voorzieningen kon worden teruggenomen, wat getuigt van zowel economische stabilisatie als verbeterd intern risicobeheer.
Niet alleen DSB boekt vooruitgang. Ook andere banken melden solide prestaties. Finabank, een relatief jonge maar snelgroeiende speler, sloot 2023 af met een nettowinst van SRD 235 miljoen. De bank handhaafde een uitzonderlijk lage non-performing loan ratio van slechts één procent en behaalde een solvabiliteitsratio van twintig procent. Opmerkelijk is dat Finabank als eerste Surinaamse financiële instelling een A+ rating ontving van de Caribbean Information and Credit Rating Services (CariCRIS), een blijk van vertrouwen in haar governance en financiële gezondheid.
Bij de Hakrinbank is het herstel minder spectaculair maar wel merkbaar. De bank boekte in 2022 een winst van SRD 64 miljoen en verstevigde haar kapitaalbuffer. Hoewel zij in 2025 een kapitaalinjectie van SRD 218 miljoen van de staat ontving, blijft de bank functioneren binnen acceptabele solvabiliteitsmarges. De overheidssteun wordt in dit licht eerder gezien als een stabiliserende maatregel dan als een symptoom van systeemfalen.
Vanuit beleidsmatig perspectief heeft het Ministerie van Financiën en Planning samen met de Centrale Bank een duidelijke routekaart uitgezet voor het versterken van het bankwezen. In het beleidsverslag 2023 wordt expliciet verwezen naar structurele hervormingen binnen het monetair en financieel toezicht. Deze hervormingen maken deel uit van de afspraken met het IMF dat Suriname begeleidt in haar traject naar macro-economisch herstel. De oprichting van de Commissie voor Financiële Stabiliteit en de uitvoering van stresstests zijn voorbeelden van instrumenten waarmee de overheid de veerkracht van de financiële sector wil blijven toetsen en waarborgen.
Het vertrouwen in banken, de transparantie van hun boekhoudingen, en de instabiliteit van de SRD lijkt langzaam te terug te keren. De digitalisering van diensten, waaronder mobiel en internetbankieren, heeft geleid tot hogere klanttevredenheid en efficiëntere dienstverlening. Tegelijk bereiden banken zich actief voor op nieuwe economische impulsen, met name uit de opkomende olie- en gassector. De sector oriënteert zich nadrukkelijker op toekomstgerichte groei, duurzaamheid en financiële inclusie.
Realistisch gezien kan worden vastgesteld dat de Surinaamse bankensector op een keerpunt staat. De cijfers zijn bemoedigend, het beleid is aangescherpt en de instellingen tonen zich beter bestand tegen schokken. Het vertrouwen, dat zo lang afwezig was, keert terug. De recente successen van DSB, Finabank en andere instellingen zijn dan ook niet slechts boekhoudkundige prestaties, ze zijn signalen van een financiële sector die weer kan ademen, investeren en bouwen aan de toekomst van het land.