Bij vele mensen wordt er een vergelijking gedaan van het moment dat de NDP in Mei 2020 het bestuur aan de VHP overdroeg met de wisseling van nu. Ik laat alle schandalen voor een ander moment; nu draait het om de staat van de overdracht en wanneer een partij zich de echte ‘winnaar’ mag noemen: want mijn enige maatstaaf moet de conditie van de economie bij die machtswisseling zijn. Op het eerste gezicht lijken de omstandigheden identiek: Moody’s-ratings en IMF-rapportages speelden in beide gevallen een rol. Wie echter kijkt naar de cijfers en de achterliggende context, ziet dat die parallel vooral schijn is.
De financiële situatie in 2020
Bij de overdracht in 2020 bevond Suriname zich in een acute financiële crisis. De staatskas was leeg en de buitenlandse valutareserves nagenoeg uitgeput. Het IMF bevestigde dat het land in feite failliet was; betalingen aan schuldeisers waren niet gegarandeerd. Voor de vertrekkende NDP-regering ging de overdracht niet gepaard met politieke trots of visionair leiderschap, maar om het afstoten van een torenhoge verantwoordelijkheid: “Neem het over,” was de teneur. Samenwerken met de VHP kon ook niet, want van 26 zetels naar 16 zetels heeft het electoraat overduidelijk gesproken.
Herstel en hervormingen tot 2025
Vijf jaar later verlaat de VHP-regering het toneel met een economie die het IMF en Moody’s kwalificeren als een ‘gezonde, maar fragiele’ herstelstaat. Structurele hervormingen waaronder begrotingsdiscipline, anti-inflatiemaatregelen en nieuwe transparantie wetten hebben de reserves aangevuld en het begrotingstekort sterk teruggebracht. Ook de recente olie vondsten versterken de financiële onderhandelingen, al blijft afhankelijkheid van een sector een aandachtspunt naar mijn mening.
De kern van de vergelijking
Het verschil tussen 2020 en 2025 zit in de ratings, maar meer in de context en de intentie. In 2020 was de overdracht vooral een vorm van noodhulp, gebaseerd op damage control. In 2025 is sprake van beleid en duurzaam herstel. Waar in 2020 urgentie leidend was, staat nu consolidatie en toekomstbestendigheid voorop.
Wie is dan de werkelijke ‘winnaar’?
De ‘winnaar’ blijkt niet uit de snelheid en de manier waarop de machtswisseling plaatst vindt, maar in de staat waarin het land wordt overgedragen, laat dat bij iedereen duidelijk zijn. In 2020 droeg de NDP een economisch noodlijdende staat over. In 2025 mag de VHP zich terecht de architect noemen van een herstellende economie.
Vooruitblik naar 2030
De nieuwe coalitie krijgt de uitdaging om het herstel te bestendigen. Met olie-inkomsten als extra buffer, maar ook als potentiële bron van kwetsbaarheid, zal toekomstig succes afhangen van verdere diversificatie en streng financieel beheer. Geschiedt in 2030 opnieuw een overdracht onder vergelijkbare positieve omstandigheden, dan zal ook die regering erkenning verdienen. Want uiteindelijk moet de samenleving de winnaar zijn van de verkiezingen, en dat kan alleen met een welvarende economie, dat moet de maatstaaf zijn.