Per direct voert Defensie zijn naam en ambities van land–zee–lucht verder: de luchtmacht heet voortaan officieel Commandant Commando Lucht- en Ruimtestrijdkrachten. Met deze naamswijziging geeft Nederland gehoor aan de groeiende strategische rol die ruimtecapaciteiten vervullen op het moderne slagveld.
Volgens luitenant-kolonel Onno Eichelsheim was het ruimtedomein al langer onderdeel van militaire operaties, maar de nadruk verschoof doordat sensoren en communicatie steeds vaker via satellieten verlopen. “Satellieten zorgen voor vroege waarschuwingen en situational awareness,” legt hij uit. “Met eigen of gezamenlijk beheerde constellaties, bijvoorbeeld met Europese partners, behouden we grip op onze informatiestromen en verminderen we afhankelijkheid van commerciële aanbieders.” Recent lanceerde Nederland een eigen raket met een militaire satelliet, als eerste stap richting een veelzijdige constellatie in lage baan. Dat levert niet alleen operationele voordelen op door het monitoren van vijandelijke bewegingen ver achter de kust, maar kan ook civiele toepassingen dienen: vroegtijdige detectie van vervuiling op zee, inzet van de kustwacht en betere rampenbestrijding.
De investering in ruimtecapaciteiten is onderdeel van de NAVO-doelstellingen waaraan Nederland zich strikt houdt. Naast uitbreiding van raketartillerie, extra brigades en luchtverdedigingssystemen, behoort versterking van het ruimtedomein onmiskenbaar tot de toekomstplannen. Hoewel er in de Kamer nog werd gediscussieerd over spectaculaire opties als een vliegdekschip, is de prioriteit helder, om efficiënte uitrusting en scherpe informatiesystemen die in hoog tempo beslissingen ondersteunen. Met oog op de formatie van een nieuw kabinet dringt Eichelsheim aan op voortvarendheid: “Hoe sneller duidelijkheid over budgetten, hoe eerder we de industrie kunnen laten opschalen en de plannen ten uitvoer kunnen brengen.”
Voor Suriname biedt de Nederlandse stap naar een volwaardige lucht- en ruimtemacht concrete aanknopingspunten. Met name de mogelijkheden om satellietdata te delen kunnen Paramaribo helpen haar uitgestrekte rivier- en kustgebieden beter te bewaken tegen illegale visserij, ontbossing en smokkel. Het opzetten van een ground station en het volgen van Nederlandse trainingen in geodata-analyse kunnen lokale experts opleiden en de slagkracht van civiele en militaire diensten versterken. Bovendien kan de opgedane dual-usetechnologie bijdragen aan economische ontwikkeling: betere landbouwplanning, efficiënter mijnbeheer en snellere detectie van natuurbranden. Door publiek-private samenwerkingen met Nederlandse partners ontstaat niet alleen meer veiligheid, maar ook ruimte voor innovatie en duurzame groei.