De Amerikaanse minister van Defensie Pete Hegseth heeft luitenant-generaal Jeffrey Kruse per direct ontslagen als directeur van de Defense Intelligence Agency, waarmee opnieuw een sleutelfiguur in de nationale veiligheidsarchitectuur het veld ruimt in een periode waarin het Witte Huis vaker kritisch ingrijpt in de top van defensie en inlichtingen.
Volgens verschillende bronnen zijn naast Kruse ook twee hoge marineofficieren uit hun functies gezet, te weten vice-admiraal Nancy Lacore die de Amerikaanse marinereserve leidde en schout-bij-nacht Milton Sands die verantwoordelijk was voor de Naval Special Warfare Command, het hoofdkwartier van de Navy SEALs. De Pentagonleiding gaf geen directe uitleg voor de reeks ingrepen.
De timing valt samen met ophef over een intern, preliminair DIA-oordeel dat na een lek in de media belandde en concludeerde dat Amerikaanse luchtaanvallen op Iraanse nucleaire locaties de capaciteiten van Teheran slechts enkele maanden zouden hebben teruggezet, een beoordeling die botste met de stellige claim van president Donald Trump dat de faciliteiten waren vernietigd. De regering heeft niet bevestigd dat dit de aanleiding was, maar het ontslag volgde wel kort na de rel.
Kruse, een carrièremilitair die het agentschap sinds 2024 leidde, wordt voorlopig opgevolgd door zijn plaatsvervanger Christine Bordine, waarmee de continuïteit van de inlichtingenstroom richting het Pentagon vooralsnog geborgd lijkt. Het ministerie gaf verder geen details over het overgangsproces.
In de politiek leidde de ingreep direct tot kritiek. Senator Mark Warner, de vice-voorzitter van de Senaatscommissie voor Inlichtingen, waarschuwde dat het ontslag past in een gevaarlijke trend waarbij inlichtingenwerk wordt gepolitiseerd zodra analyses niet stroken met politieke boodschappen, een koers die volgens hem de nationale veiligheid kan schaden. Het ministerie van Defensie heeft deze lezing niet onderschreven.
De actie past in een bredere hertekening van het nationale-veiligheidsapparaat waarin meer topbenoemingen zijn teruggedraaid en waarin ook het Office of the Director of National Intelligence onder leiding van Tulsi Gabbard reorganisaties en inperkingen aankondigde, al blijft onduidelijk in hoeverre deze stappen beleidsmatig zijn ingegeven of samenhangen met individuele controverses.
Met deze wissels blijft het onrustig aan de top van defensie en inlichtingen in Washington, terwijl de strategische dossiers rond Iran, de geopolitieke rivaliteit met China en cybersecuritydreigingen op volle sterkte doorlopen, en de vraag is nu hoe snel het Pentagon de vacature definitief invult en of het Congres meer openheid afdwingt over de motivering achter de ingrepen.
