De Nederlandsche Bank (DNB) bereidt een ingrijpende aanpassing voor van haar contant-advies voor particulieren: waar consumenten tot voor kort werden aangeraden om minimaal € 50 in huis te hebben voor noodgevallen, raadt DNB straks aan om “enkele honderden euro’s” aan te houden als buffer tegen mogelijke langdurige cyberstoringen. Deze verhoging is een direct antwoord op de snel toenemende cyberdreigingen die het digitale betalingsverkeer in heel Europa en daarbuiten onder druk zetten. In het eerste kwartaal van 2025 nam het gemiddelde aantal cyberaanvallen per organisatie wereldwijd met liefst 47 % toe tot 1 925 pogingen per week. Deze stijging weerspiegelt een evolutie van relatief kleinschalige phishingpogingen naar grootschalige DDoS- en ransomwarecampagnes, die in de afgelopen zes maanden hebben geleid tot urenlange uitval bij meerdere grote banken. Tegelijkertijd is de Europese wetgeving scherper geworden: sinds 17 Januari 2025 is de Digital Operational Resilience Act (DORA) van kracht, die financiële instellingen verplicht om robuuste rampenscenario’s, waaronder langdurige uitval van instant-payments, systematisch te testen en te waarborgen EIOPA.
Voor Suriname, dat op de meest recente ranglijst van de National Cyber Security Index een score van slechts 22,08 behaalt en daarmee 123ste staat van 160 landen NCSI EGA, vormt deze ontwikkeling een belangrijke wake-upcall. In Latijns-Amerika als geheel nam het aantal aanvallen zelfs met 108 % toe, tot gemiddeld 2 640 per organisatie per week. Hoewel contant geld in Suriname nog altijd een grotere rol speelt dan in Nederland, versnelt ook hier de digitale transitie van bankieren en betalingsverkeer.
Aanslagen op ziekenhuizen met als gevolg data breaches en gerichte phishingaanvallen op bedrijven laten zien hoe kwetsbaar zowel publieke als private diensten zijn. Deze incidenten onderstrepen het belang van een nationale paraatheid, waarin niet alleen technische weerbaarheid, maar ook continuïteitsmaatregelen een rol spelen.
Suriname kan zijn cyberweerbaarheid aanzienlijk versterken door te focussen op structurele training en grondige audits. Zo zouden penetratietesten en security audits door geaccrediteerde partijen verplicht moeten worden voor alle vitale overheids- en privédomeinen, waarbij ook leveranciers en ketenpartners worden meegenomen. Tegelijkertijd is het van groot belang dat alle medewerkers van de front-office tot IT-beheer regelmatig worden bijgeschoold in incidentrespons, social engineering en threat hunting via praktijkgerichte workshops, table-top oefeningen en deelname aan regionale drills zoals de Caribbean CyberDrill. ICT-leiders en CISO’s verdienen het om certificeringstrajecten te doorlopen volgens internationale standaarden denk bijvoorbeld aan ISO 27001 en NIST CSF, aangevuld met audits op naleving van security-beleid en specifieke DORA toetsingskaders voor de financiële sector. Door daarnaast periodieke red team/blue team-oefeningen in te zetten en onafhankelijke code- en architectuuranalyses uit te laten voeren, kan Suriname proactief kwetsbaarheden opsporen en verhelpen, en zo een wendbaar, zelfbewust security-ecosysteem opbouwen.
De geplande verruiming van het contantadvies door DNB toont dat zelfs de meest geavanceerde betaalinfrastructuren geen gegarandeerde uptime kennen. Voor Suriname biedt dit het moment om cyberweerbaarheid om te zetten van aanbeveling naar realiteit: door nu te investeren in instituten, wetgeving en bewustwording, verandert “hou wat cash achter de hand” van een paniekmaatregel in een doordachte paraatheidsstrategie.